Er zijn diverse types kettingen te onderscheiden zoals transportketting, rollenketting, flyerketting, holleboutketting en hijsketting. Door de uiteenlopende typen en vele subcategorieĂ«n, bestaat de kans dat je de door de bomen het bos niet meer ziet als je deze wilt combineren met een kettingwiel. In dit blog leg ik uit hoe je de juiste combinatie maakt aan de hand van de steek van de ketting.Â
Verschillende normen voor de steekmaatÂ
Om de juiste combinatie tussen rollenkettingen en kettingwielen te kunnen maken dien je de steek van de ketting te bepalen. Laat ik de “standaard” rollenketting als voorbeeld nemen. Ook dit type is onder te verdelen in subcategorieĂ«n. Hij is verkrijgbaar met bijvoorbeeld rechte zijplaten, meenemers, verlengde pennen, lange steek, etc. Al deze subtypen hebben diverse steekmaten. Â
DIN of ASA-rollenkettingen? Â
Naast de subtypen van de ketting krijg je ook te maken met de Europese of de Amerikaanse norm die de steekmaat anders uitdrukken. De Europese norm is het meest gangbaar. Dit is de BS of DIN 8187-norm. De Amerikaanse norm hierbij is de ASA/ANSI of DIN 8188.Â
De kettingsteek is van oudsher vaak aangeduid met een codering per 1/16″ (inch) – waarbij 16/16 gelijk is aan 1″ (inch). Vaak staat er op een ketting getallen die naar de steekmaat verwijzen. In het het onderstaande schema zie je de corresponderende waarden.Â
De steekmaat meten
Mochten er geen getallen op de rollenketting of het kettingwiel staan, dan kunnen we de steekmaat bepalen door deze te meten met een schuifmaat (een rolmaat is hiervoor te onnauwkeurig). De belangrijkste variabelen hierbij zijn de hartafstand, roldiameter en inwendige breedte.
In dit voorbeeld hebben we een enkelvoudige ketting en meten de volgende maten op:
Hartafstand (steekmaat) (p) : 12,7 mm
Roldiameter (d1) : 8,51 mm
Inwendige breedte (b1) : 7,75 mm
Deze maatvoeringen kunnen we in tabel 1 weer terugleiden naar het type ketting.
We komen nu op de ½” ketting.
Het kettingwiel opzoeken
Nu weten we welke ketting we hebben en kunnen we het juiste kettingwiel er bij zoeken.
Het kettingwiel moet dus overeenkomen met de steek van de ketting. Is deze ½” dan moet ook een kettingwiel ½” genomen worden, onafhankelijk van het aantal tanden.
Alle kettingwielen en plaatwielen bijvoorbeeld bij INDI met 2 letters, de steek van de tanden, het aantal tanden en eventueel zijn er nog opties zoals asgat bij een voorgeboord kettingwiel, TL, GH of RVS.
In dit geval komen we uit op een SE12… (afhankelijk van het gewenste aantal tanden).
Kettingwielen en plaatwielen
We kennen niet alleen kettingwielen maar ook plaatwielen. Het enige verschil tussen een plaatwiel en een kettingwiel is dat een plaatwiel vlak is en een kettingwiel een borst, ofwel naaf, heeft.
